Duurzame wormbestrijding bij paarden

Mede dankzij moderne ontwormingsmiddelen is de gezondheid van onze dieren de laatste vijftig jaar enorm toegenomen. Helaas ontwikkelen maagdarmwormen steeds meer een resistentie tegen deze middelen, waardoor een andere, duurzame, wormbestrijding noodzakelijk wordt. 

Waarom duurzame wormbestrijding?

  • Om dieren zo min mogelijk schade laten ondervinden van maagdarmwormen
  • Om de kans op herbesmetting te beperken en om alleen in het uiterste geval chemische ontwormingsmiddelen in te zetten
  • Als wij niet zuinig zijn op onze diergeneesmiddelen is het niet ondenkbaar dat binnen afzienbare tijd er geen effectieve ontwormingsmiddelen meer beschikbaar zijn.

De levenscyclus van maagdarmwormen

De fasen in de levenscyclus van maagdarmwormen: 

  • De vrouwelijke maagdarmwormen bevinden zich in het maagdarmstelsel, leggen eitjes, die vervolgens met de mest op het weiland terecht komen
  • De eitjes komen uit en via enkele tussenstadia ontwikkelen zich infectieuze larfjes
  • De infectieuze larfjes kruipen uit de mest naar het omliggende gras
  • Tijdens het grazen worden de infectieuze larfjes opgenomen door de dieren
  • In het darmstelsel ontwikkelen de infectieuze larfjes zich, via enkele larvale tussenstadia, tot volwassen wormen. Deze ontwikkelingsfase verschilt per wormsoort. Bloedwormen bijvoorbeeld kapselen zich in in de darmwand, terwijl spoelwormen een lange trektocht via lever en longen maken. De volwassen wormen in de darmen leggen weer eitjes, waarna de levenscyclus weer opnieuw begint
  • Bij paarden veroorzaken de zich ontwikkelende larfjes de meeste schade. Bij schapen en geiten zijn het met name volwassen wormen die de meeste problemen veroorzaken

Ontwormingsmiddelen en het ontstaan van resistentie

De resistentie van maagdarmwormen tegen ontwormingsmiddelen neemt snel toe: tegen de meeste geregistreerde ontwormingsmiddelen in Nederland heeft één of meer wormsoorten resistentie ontwikkeld. De belangrijkste risicofactor voor de ontwikkeling van resistentie is het (te) vaak behandelen met hetzelfde soort ontwormingsmiddel van alle dieren in één kudde. Dit is een manier van wormbestrijding die nog steeds gangbaar is bij veel paarden- en schapeneigenaren. Ook onderdoseren is een grote risicofactor, omdat in dat geval niet alle wormen worden gedood. De wormen die in zo’n geval de wormenkuur hebben overleefd gaan zich vermenigvuldigen waardoor een hele nieuwe generatie wormen ontstaat die  ongevoelig is voor het desbetreffende middel. Ook overdosering werkt resistentie in de hand. 

Om de effectiviteit van ontwormingsmiddelen voor de toekomst te waarborgen mogen ontwormingsmiddelen alleen dan worden gegeven als het echt nodig is. Daarbij is het belangrijk dat in dat geval het juiste ontwormingsmiddel in de juiste dosering wordt ingezet.

Duurzame wormbestrijding bij paarden

Bestrijding van maagdarmwormen moet zich zowel richten op de wormpopulatie in het paard als op de larvale ontwikkelingsstadia buiten het dier op de weide, stal en in de paddock. 

Wormbestrijding buiten het paard 

Mest verwijderen 

Elke weidebesmetting begint met een eitje in het gras. Door tenminste tweemaal per week mest te verwijderen, wordt de weide-infectie sterk verminderd en worden worminfecties voorkomen. De weide ontdoen van mest is de basis is voor een effectieve en duurzame wormbestrijding.

Omweiden

Zolang er geen paarden op een weiland staan neemt het besmettingsrisico  van een weide afomdat de infectieuze larfjes maar een beperkte tijd in de mest kunnen overleven. Bij droog zomerweer overleven wormlarfjes slechts enkele maanden, terwijl in een milde winter de larfjes meer dan zes maanden kunnen overleven. Bij strenge vorst sterven veel larfjes af. Helaas heeft lang niet iedere paardeneigenaar voldoende land tot zijn beschikking om de dieren telkens naar schone weides om te weiden.

Slepen 

De mesthoop, met een warm en vochtig microklimaat, fungeert als een reservoir voor wormlarfjes. Slepen van de weide bij droog zomerweer haalt eitjes en larfjes uit de beschermde omgeving van de mesthoop, waarna ze vervolgens door  UV stralen en hoge temperaturen snel zullen afsterven. Bij slepen onder koude en vochtige weersomstandigheden neemt de weide-infectie juist sterk toe.

Hooien 

Als een weide gebruikt wordt als hooiland neemt het besmettingsrisico sterk af. De larfjes, die zich op de grashalmen bevinden, sterven tijdens het drogen van het gras. De gemaaide weide is daarna schoon.

Andere grazers

Vrijwel alle maagdarmwormen zijn gastheer specifiek en uniek voor een diersoort. Een maagdarmworm van een paard infecteert geen schaap of geit en andersom. Als paarden en kleine herkauwers samen of alternerend grazen op dezelfde weide neemt de infectiedruk op het weiland aanzienlijk af. Dit geldt voor beide diersoorten.

Geen weidegang

Paarden die geen weidegang krijgen of alleen uitloop hebben in een zandpaddock, lopen nauwelijks risico op een besmetting met bloedwormen en lintwormen. Spoelwormen en aarsmaden kunnen wel hun levenscyclus op stal voltooien. Ook onder deze omstandigheden blijven hygiënemaatregelen dus van belang.

Wormen aanpakken in het paard – in de darm

Bij paarden veroorzaken de zich ontwikkelende larfjes de meeste problemen. Helaas zijn de moderne ontwormingsmiddelen voornamelijk effectief tegen volwassen wormen en niet tegen larven. Alleen moxidectine heeft een beperkte effectiviteit tegen larven. Het belangrijkste resultaat van een ontworming is dan ook het couperen van de uitscheiding van eitjes en het voorkomen van de herbesmetting van de weide. Volwassen wormen in een paard zijn eenvoudig te traceren door het aantonen van de eitjes die terug te vinden zijn in de mest. 

Behandel alleen als het moet

Uit onderzoek van onder andere Veterinair Parasitologisch Laboratorium ‘Het Woud’ blijkt dat 75% van de volwassen paarden geen of zeer lage wormeitellingen hebben op het moment dat de eigenaar zou willen ontwormen. Daarnaast is er een klein aantal paarden dat, ondanks regelmatige ontworming , herhaaldelijk een hoge wormeitelling heeft. Helaas is niet aan de buitenkant te zien welke dieren dit zijn. Met mestonderzoek kunnen deze paarden worden geïdentificeerd en gericht worden ontwormd.
Door op deze manier selectief te ontwormen wordt niet alleen de omgeving steeds schoner, maar wordt het gebruik van ontwormingsmiddelen beperkt en wordt de ontwikkeling van resistentie een halt toe geroepen.

Mestonderzoek bij paarden

Of een paard moet worden behandeld kan dus alleen door mestonderzoek worden bepaald. Door drie tot viermaal per jaar de mest te laten onderzoeken kan een paard gericht worden ontwormd met het juiste ontwormingsmiddel. 

Mestonderzoek kan ook worden gebruikt om de effectiviteit van een behandeling te bepalen. Na een behandeling moet de ei-uitscheiding na een paar weken gestopt zijn. Het is verstandig om tenminste elke twee jaar de effectiviteit van een (eventuele) behandeling te bepalen.

Uitzondering vormen echter de paardenhorzellarven en aarsmaden: deze parasieten kunnen niet worden aangetoond met mestonderzoek. Omdat het belang van beide wormsoorten beperkt is, is een specifieke behandeling vrijwel nooit nodig. Ook lintwormeitjes worden maar weinig gevonden in de mest. Omdat  de waarde van een negatief mestonderzoek uitslag beperkt is, luidt het advies om standaard eenmaal per jaar een paard te behandelen voor lintwormen.

Kruiden ter preventie 

De basis is het voorkomen van een parasitaire infectie. Een enkel wormpje heeft ieder paard wel eens. Het gaat er om de parasieten in balans te houden  zodat het lichaam geen schade van de wormen ondervindt. Hiervoor kunnen goed kruiden worden ingezet zoals Absintalsem, Citroenkruid, Curcuma, Fenegriek, Kruidnagel en Tijm in combinatie met Grapefruitzaad extract. Een aantal van deze kruiden is ook wormafdrijvend, maar het gaat om het totale effect van de kruiden: zorgen dat het milieu in de darmen van het paard onaantrekkelijk is voor parasieten. 

Jarenlange ervaring leert dat als deze kruiden één keer per kwartaal gedurende tien dagen achtereen worden toegediend, worminfecties sterk worden teruggebracht of niet meer voorkomen. Een regelmatige check van de mest bij de dierenarts of het VPL het Woud, geeft hierover goede informatie.

Conclusie

Door wormpopulaties buiten de dieren aan te pakken en alleen op geleide van mestonderzoek paarden te ontwormen, is duurzame wormbestrijding mogelijk. Niet alleen worden uw dieren aan minder ontwormingsmiddelen bloot gesteld, maar tevens wordt resistentie ontwikkeling vertraagd en blijft de effectiviteit van de ons beschikbare middelen voor de toekomst gewaarborgd.

Bron: NML health; Wicher Holland, dierenarts/parasitoloog, Praktijk Den Hoek De Bilt