Drosera of zonnedauw dankt zijn naam aan het feit dat de plant er ‘s morgens vroeg uit ziet of deze vol zit met glinsterende dauwdruppeltjes die door de zon beschenen worden. Maar 's avonds laat ziet de plant er nog net zo uit! De druppels trekken muggen en andere insecten aan die blijven plakken en vervolgens langzaam verteerd worden. Zonnedauw komt voor bij vochtige, drassige slootranden, heide- en veengronden en vochtige weilanden met een zure bodem. Zowel de grond als het water moeten kalkarm zijn en zuur reageren, wil zonnedauw goed gedijen. De plant staat op de lijst bedreigde en beschermde soorten en komt steeds minder vaak voor. De bladeren zijn bedekt met klierhaartjes die een kleverig slijm afscheiden waar insecten aan vast kleven. Een proteolytisch enzym bevordert de vertering van deze vliegjes, het is een “vleesetend” plantje. De geslachtsnaam is afgeleid van het Griekse woord “drosos” hetgeen “dauw” betekent en verwijst naar de insectenvangende dauwdruppels van de plant.
Volksgeneeskunde
Chinese artsen gebruiken Drosera soorten bij de behandeling van dysenterie, reumatische pijnen en hoofdpijn. In het Westen heeft zonnedauw vooral een reputatie als hoestprikkeldempende plant. De spasmolytische en slijmvliesverzachtende werking die de zonnedauw heeft, maakt de plant bijzonder geschikt te gebruiken bij een krampachtige hoest. Vanwege deze werking voegt men zonnedauw vaak als adjuvans toe aan hoestdranken, homeopathische geneesmiddelen of fytotherapeutica en geadviseerd ter verlichting van astma, bronchitis of kinkhoest. Naast de toepassing van zonnedauw bij aandoeningen van de luchtwegen, beveelt men de plant vanwege zijn (maag)slijmvliesverzachtende en spasmolytische werking aan ter ondersteuning bij maagzweren.
Werkzame bestanddelen
Flavonoïden als kaempferol, quercetine en hyperoside; quinonen en naphthoquinonen als plumbagine (1%) en hydroplumbagine; carotenoïden, looistoffen, vitamine C, droseron, proteolytische enzymen (klierharen: proteïnase, weefsel: pesinase)
Werkingsmechanisme
Dierstudies toonden aan dat Drosera inderdaad een spasmolytische werking heeft. Uit onderzoeken bleek dat de plant een preventieve werking heeft bij bronchiale spasmen welke veroorzaakt, uitgelokt of geprovoceerd worden door acetylcholine of histamine. Deze spasmolytische werking schrijft men toe aan naphthoquinonen. Eveneens blijken naphthoquinonen antimicrobiële eigenschappen te bezitten. In vivo blijkt plumbagine een breed spectrum werking tegen zowel grampositieve- als gramnegatieve bacteriën te hebben. Ook een antivirale werking tegen het influenzavirus en een fungicide werking kon aan plumbagine worden toegekend. In vitro is bewezen dat plumbagine een antibacteriële werking bezit tegen Streptokokken, Stafylokokken en Pneumokokken. Laboratoriumonderzoek van een hydrofiel Drosera extract toonde aan dat dit extract pepsineachtige eigenschappen heeft.
Contra-indicaties
Gebruik tijdens de zwangerschap en lactatieperiode wordt ontraden. Van Hellemont noemt als contra-indicatie maag- en darmzweren.
Bijwerkingen
Het blad kan roodheid en ontstekingen op huid en slijmvliezen veroorzaken. Van Hellemont stelt dat plantenextracten ontstekingen van de slijmvliezen van mond en maag kunnen geven welke tot zweervorming overgaan. Veel fabrikanten maken hier nog geen melding van. Plumbagine in hoge doseringen toegediend, bleek in dierstudies tot irritaties te leiden. Na het drinken van zonnedauwthee zou de urine donker kleuren ten gevolge van di-oxibenzeen en andere polyfenolen.