Echte salie (Salvia officinalis)

Salvia komt uit het Latijn en betekent genezen. Het feit dat een dergelijke naam aan een plant werd gegeven weerspiegelt de brede therapeutische waarde die men de plant toedichtte. Al duizenden jaren worden door volkeren op verschillende continenten Salvia soorten benut bij diverse aandoeningen. Binnen Europa is Salvia officinalis vooral als mondwater en gorgeldrank bekend om zijn therapeutische waarde bij mond-en keelinfecties. Als oraal fytotherapeuticum wordt het ook ingezet bij maagbezwaren, overmatig transpireren en overgangsklachten. Recente studies werpen licht op een uitbreiding van de toepassingsmogelijkheden.

Inhoudstoffen

Er bestaan 5 hoofdgroepen van inhoudstoffen. Vele substanties zijn reeds gedetermineerd:

Eigenschappen

Bekende verantwoordelijke substanties

Sederend en slaapbevorderen

7-Methoxyrosmanol, Galdesol Carnosol,

Carnosinezuur, Apigenine, Hispiduline en Cirsimaritine

Geheugenversterkend

Gehele plantextract

Ontstekingsremmend en pijnstillend

Ursolzuur, Carnosinezuur en Carnosol

Antibacterieel en antiviraal

Etherische olie, Alfa-thujon

Antioxidatief

Gehele plantenxtract (Salviathee), Carnosinezuur, Carnosol, Rozemarijnzuur, Lithospermaat B, Koffiezuur

Metformine-achtig effect

Gehele plantextract (Salviathee)

TZD-achtig effect

Carnosinezuur en Carnosol

Regulatie T3-hormoon

Carnosinezuur

Reductie menopausale klachten

Extract van salviablad (en alfalfa)

Anti-mutageen, anti-proliferatief en anti-carcinogeen

Salvia thee, Cryptotanshinon, Carnosinezuur, Rozemarijnzuur

 

Werkingsmechanismen

  • Sederend, anxiolytisch en slaapbevorderend. In-vitro vertonen de substanties hun effect op het GABA/benzodiazepine receptorcomplex in de hersenen. Ze werken door het ionkanaal te openen voor chloride-ionen, waardoor de polariteit van het neuron toeneemt en de prikkelbaarheid afneemt.
  • Geheugenversterkend. In-vitro blijkt Salvia extract een cholinergische acticiviteit (cholinesterase-remming) te bezitten.
  • Ontstekingsremmend en pijnstillend. In-vitro remt ursolzuur de productie van TNF-alfa en IL-6 door gestimuleerde macrofagen. Carnosolzuur en carnosine remmen de productie van pro-inflammatoire leukotriënen, antagoneren intracellulaire Ca2+ mobilisatie door een chemotactische stimulus en verminderen de vorming van zuurstofradicalen en de secretie van elastase door leucocyten.
  • Antioxidatief. In-vitro bezitten levercellen van met salviathee behandelde ratten een hogere glutathionwaarde.
  • Antibacterieel en antiviraal. Diverse terpenen en fenolzuren uit salvia vertonen in-vitro een breedspectrum antibacterieel, antimycotische en antivirale eigenschap.
  • Metformine-achtig effect. Het lichte metformine-achtig effect in-vitro wijst op remming van specifieke genactiviteit in de lever welke betrokken is bij gluconeogenese en glycogenolyse. Dit leidt tot een lagere nuchtere glucose. Salviathee lijkt haar effect echter niet te presenteren via een hogere insulinesecretie en verbetert niet de glucoseklaring bij een glucosetolerantietest. Onderzoekers suggereren dat salvia een nieuw therapeuticum kan zijn in de behandeling van het metabool sydroom en prediabetes.
  • TZD-achtig effect. TZD=thiazolidinedione ofwel glitazone; diabetesmedicijn. In-vitro onderzoek wijst op een zekere PPAR-gamma-receptor-activatie hetgeen representatief is voor een verlaging van triglyceride- en glucosewaarden in het bloed.
  • Regulatie T3-hormoon-activiteit. Carnosinezuur bevordert in lage doseringen de expressie van vitamine-D- en vitamine-A-receptoren welke heterodimeren (een koppeling) vormen met de schildklierhormoonreceptoren. Deze receptoren vormen dan samen de belangrijkste mediatoren voor de activiteit van het T3-hormoon en kunnen door een verbeterde receptordimerisatie de activiteit van dit schildklierhormoon bevorderen. Onderzoek bij postmenopausale vrouwen wees ook op een verhoogde respons van TSH (thyroïd stimulerend hormoon; hypofyse) op het TRH (thyroïd releasing hormone; hypothalamus). De PPAR-gamma, vitamine D en vitamine A receptoren behoren tot de grote familie van nucleaire hormoonreceptoren welke onder invloed van omgevingsfactoren zoals voeding, direct de functie van het menselijk genoom beïnvloeden.
  • Reductie menopausale klachten. De etherische olie van salvia heeft een lichte oestrogeenactiviteit.
  • Antimutagene, antiproliferatieve en anticarcinogene eigenschappen zijn in-vitro en in-vivo onderzoek waargenomen. Tot dusver wordt verondersteld dat ten minste remming van een fosforilerende enzym MAPK (mitogeen geactiveerd proteïne kinase) leidt tot een verminderde proliferatie en een toename van apoptose. Remming van de kankercelproliferatie is gevonden voor cryptotanshinon dat leidt tot een kankercelarrest in de G1-G0 fase van de celcyclus hetgeen is geassocieerd met een cycline D1 inhibitie. Hierbij bleek dat cryptotanshinon de signaaltransductie van mTOR (mammalian target of rapamycin) remde dat een centrale regulator is van de celproliferatie. Verder blijkt in-vitro dat carnosinezuur het proliferatieremmend en differentiërend effect van 1,25-dihydroxyvitamine D3 en vitamine A op leukemiecellen, bevordert. Ander onderzoek wijst op een verminderde kwetsbaarheid van cellen voor potente mutagene stoffen hetgeen zich laat zien in minder chromosomale beschadigingen.

Indicaties

Alzheimer: een gerandomiseerd onderzoek (RCT) gedurende 4 maanden met dagelijks 60 druppels salviatinctuur (1 kg droog blad op 1 ltr 45% alcohol) wijst op een significante verbetering bij patiënten met een lichte tot matige vorm van de ziekte van Alzheimer ten opzichte van de controlegroep.
Versterking van het geheugen en vermindering van stressperceptie: een RCT met gezonde jongvolwassenen wees op geheugenversterkende, angstreducerende en stemmingsverbeterende eigenschappen bij een eenmalige dosis van 300 en 600 mg salvia-extract, voorafgaand aan de testen. Op basis van deze uitkomsten is salvia-extract mogelijk een hulp ter verbetering van studie- en examenprestaties en andere stressvolle omstandigheden.
Menopausale klachten: In een studie met een extractenmix van Salvia officinalis en alfalfa onder 30 menopausale vrouwen met neurovegetatieve klachten als opvliegers en nachtzweten, bleken uiteindelijk 20 vrouwen volledig klachtenvrij te zijn. Controle bij een aantal vrouwen wees op een toename van prolactine en een grotere respons van TSH (thyroid stimulerend hormoon) op TRH (thyrotropine releasing hormone). De onderzoekers concludeerden dat het extract een licht centraal antidopaminerg effect heeft en effectief is voor de behandeling van menopausale klachten.
Metaboolsyndroom en prediabetes: onderzoekers ontdekten middels in-vitro onderzoek een metformine-achtig en TZD-achtig (TZD;Thiazolidinedione) effect van Salvia officinalis. Aangezien metformine en TZD, laatste ook bekend als glitazone, behoren tot de groep van diabetesmedicijnen, suggereerden de onderzoekers dat salvia officinalis mogelijk een nieuw middel is ter behandeling van metabole verstoringen als het metaboolsyndroom en prediabetes.
Acute virale keelontsteking: een RCT met vloeibaar salvia-extract als spray vermindert de mate van keelpijn. Traditioneel werd salviatinctuur vermengd met wat water gebruikt als gorgeldrank bij mond- en keelontstekingen. Een andere RCT toonde een gelijkwaardig effect van een Salvia-Echinacea-spray in vergelijking met een lidocaïne-chloorhexidine-spray. De toepassing bestond uit 2 pompstootjes iedere 2 uur met een maximum van 10 per dag totdat de proefpersonen symptoomvrij waren, maar met een maximum van 5 dagen. Als een positieve respons op de applicatie werd een criterium gehanteerd van 50% symptoomreductie in 3 dagen.
Koortslip: Een placebo gecontroleerde RCT vergeleek het effect van een crème met een rabarber-salvia-extract (23 mg/g alcoholisch rabarberextract en 23 mg/g water salvia-extract), salvia-extract en acyclovir (50 mg/g; Zovirax ®). De uitkomsten wezen op een gelijkwaardige effectiviteit van Zovirax en de rabarber-salvia-crème. De salviacrème was iets minder effectief en de genezing van de koortslip duurde ongeveer 7,5 dag tegenover 6,5 dag voor de andere crèmes. Uit een eerder uitgevoerde pilotstudie was reeds gebleken dat een crème met uitsluitend rabarberextract niet effectief was voor de behandeling van een koortslip, hetgeen de conclusie sterkt dat rabarber het effect van salvia potentieert.

Interacties

Er is relatief weinig goed gecontroleerd onderzoek gedaan naar interacties met Salvia officinalis preparaten. Dit betekent niet dat er geen interacties zijn; op basis van de in-vitro eigenschappen en de magere onderzoeksresultaten die er wel zijn, lijkt voorzichtigheid geboden bij gecombineerd gebruik van bloedglucoseverlagende medicijnen, benzodiazepinen, cholinesteraseremmers, ontstekingsremmers (NSAID) en mogelijk ook met schildklierhormonen. Salvia zou in theorie de werking van deze medicijnen kunnen versterken. De literatuur meldt dat oraal gebruik van puur etherische olie uit salvia bij een hoge dosering van meer dan twintig druppels een epileptische aanval kan uitlokken. Zorgvuldigheidshalve zou men dus bedacht moeten zijn op een ongewenste interactie tussen Salvia officinalis preparaten en anti-epileptica.
Alleen in-vitro is vastgesteld dat Salvia het cytochroom P450 enzym CYP3A4 in de darmen remt. Het is moeilijk te voorspellen wat daar in-vivo de consequenties van kunnen zijn. Wel weten we dat ongeveer de helft van alle medicijnen via deze route wordt gemetaboliseerd. Bekend is verder dat grapefruit eveneens CYP3A4 remt en dat consumptie van grapefruit(sap) de plasmawaarden van medicijnen zeer hoog kan laten oplopen. Tot deze medicijnen die door CYP3A4 worden gemetaboliseerd behoren bijvoorbeeld paracetamol, codeïne, diazepam, buspiron, cyclosporine, calcium-antagonisten zoals nifedipine (Adalat) en statines zoals lovastatine en simvastatine. Kortom, gebaseerd op de in-vitro bevindingen van Salvia officinalis is er rede om bedacht te zijn op interacties tussen Salvia officinalis preparaten en voornoemde medicijnen. Er bestaan echter ook medicijnen die, evenals grapefruit, de CYP3A4 route remmen zoals erytromycine, fluconazol, saquinavir, verapamil en diltiazem waardoor het gebruik in combinatie met grapefruit, en dus mogelijk ook met Salvia officinalis preparaten, een extra verhoging van andere medicijnen kan geven die normaal via CYP3A4 worden afgebroken.

Referenties

1. Kennedy DO, Scholey AB. The psychopharmacology of European herbs with cognition-enhancing properties. Curr Pharm Des 2006;12(35):4613-4623.
2. Rutherford DM, Nielsen MP, Hansen SK, et al. Isolation and identification from Salvia officinalis of two diterpenes which inhibit t-butylbicyclophosphoro [35S]thionate binding to chloride channel of rat cerebrocortical membranes in-vitro. Neurosci Lett. 1992 Feb 3;135(2):224-6
3. Kavvadias D, Monschein V, Sand P, et al. Constituents of Sage (Salvia officinalis) with in-vitro Affinity to Human Brain Benzodiazepine Receptor Planta Med 2003; 69(2): 113-117. DOI: 10.1055/s-2003-37712
4. Pereira P, Tysca D, Oliveira P,et al. Neurobehavioral and genotoxic aspects of rosmarinic acid Pharmacological Research 2005 sep;52(3):199-203
5. Perry EK, Pickering AT, Wang WW, et al. Medicinal plants and Alzheimer's disease: Integrating ethnobotanical and contemporary scientific evidence. J Altern Complement Med. 1998 Winter;4(4):419-28
6. Akhondzadeh S, Noroozian M, Mohammadi M, et al. Salvia officinalis extract in the treatment of patients with mild to moderate Alzheimer's disease: a double blind, randomized and placebo-controlled trial. J.Clin.Pharm.Ther. 2003;28(1):53-59.
7. Eidi M, Eidi A, Bahar M, Effects of Salvia officinalis L. (sage) leaves on memory retention and its interaction with the cholinergic system in rats. Nutrition 2006 Mar;22(3):321-6.
8. Kopsky JD, Keppel Hesselink JM Salvia, van Alzheimer tot Sjamaan. Supplement nr. 5. mei 2008:28-31
9. Imanshahidi M, Hosseinzadeh H. The pharmalogical effects of Salvia species on the central nervous system. Phytother Res. 2006; 20(6):427-437
10. De Leo V, Lanzetta D, Cazzavacca R, Morgante G. [Treatment of neurovegetative menopausal symptoms with a phytotherapeutic agent]. Minerva Ginecol. 1998;50(5):207-211.
11. Kennedy DO, Pace S, Haskell C, et al. Effects of cholinesterase inhibiting sage (Salvia officinalis) on mood, anxiety and performance on a psychological stressor battery. Neuropsychopharmacology 2006;31(4):845-852.
12. Perry NS, Bollen C, Perry EK, et al. Salvia for dementia therapy: review of pharmacological activity and pilot tolerability clinical trial. Pharmacol Biochem Behav. 2003;75(3):651-659.
13. Kennedy DO, Scholey AB. The psychopharmacology of European herbs with cognition-enhancing properties. Curr Pharm Des 2006;12(35):4613-4623.
14. Lima CF, Azevedo MF, Araujo R, et al. Metformin-like effect of Salvia officinalis (common sage): is it useful in diabetes prevention? British Journal of nutrition 2006;96:326-333.
15. Rau O, Wurglics M, Paulke A, et al. Carnosic acid and carnosol, phenolic diterpene compounds of the labiate herbs rosemary and sage, are activators of the human peroxisome proliferator-activated receptor gamma. Planta Med 2006;72(10):881-887.
16. Dragland S, Senoo H, Wake K, et al. Several culinary and medicinal herbs are important sources of dietary antioxidants. J Nutr 2003;133(5):1286-1290. 17. Schwarz K, Ternes W. Antioxidative constituents of Rosmarinus officinalis and Salvia officinalis. II. Isolation of carnosic acid and formation of other phenolic diterpenes. Z Lebensm Unters Forsch. 1992 Aug;195(2):99-103.
18. Mingfu Wang, Jiangang Li, Meera Rangarajan, et al. Antioxidative Phenolic Compounds from Sage (Salvia officinalis).Journal of Agricultural and Food Chemistry 1998;46(12):4869-4873
19. Lima, CF, Valentao PC, Andrade PB, et al. Water and methanolic extracts of Salvia officinalis protect HepG2 cells from t-BHP induced oxidative damage. Chem Biol Interact. 4-25-2007;167(2):107-115.
20. Aranda A, Martínez-Iglesias O, Ruiz-Llorente L, et al. Thyroid receptor: roles in cancer. Trends Endocrinol Metab. 2009 Sep; 20(7): 318-24.
21. Lee S, Privalsky ML. Heterodimers of retinoic acid receptors and thyroid hormone receptors display unique combinatorial regulatory properties. Mol Endocrinol 2005;19 (4): 863-878.
22. Steiner M, Priel I, Giat J, et al. Carnosic acid inhibits proliferation and augments differentiation of human leukemic cells induced by 1,25-dihydroxyvitamin D3 and retinoic acid. Nutr Cancer. 2001;41(1-2):135-44
23. Knežević-vukčevič J, Vuković-Gačić B, Stević T. Antimutagenic Effect of Essential Oil of Sage (Salvia officinalis L.) and Its Fractions against UV-induced Mutations in Bacteria and Yeast Cells. Biol. Sci., Belgrade, 57 (3), 163-172, 2005.
24. Vujosević M, Blagojević J. Antimutagenic effects of extracts from sage (Salvia officinalis) in mammalian system in-vivo. Acta Vet Hung. 2004;52(4):439-43.PMID: 15595277
25. Patenkovic A, Stamenkovic-Radak M, Banjanac T, Andjelkovic M. Antimutagenic effect of sage tea in the wing spot test of Drosophila melanogaster. Food Chem Toxicol. 2009 Jan;47(1):180-3. PMID 19022328
26. Xavier CP, Lima CF, Fernandes-Ferreira M, et al. Salvia fruticosa, Salvia officinalis, and rosmarinic acid induce apoptosis and inhibit proliferation of human colorectal cell lines: the role in MAPK/ERK pathway. Nutr Cancer. 2009;61(4):564-71.PMID 19838929
27. Chen W, Luo Y, Liu L, Zhou H, et al. Cryptotanshinone inhibits cancer cell proliferation by suppressing Mammalian target of rapamycin-mediated cyclin d1 expression and rb phosphorylation. Cancer Prev Res August 2010 3:1015-1025 PMID: 20628002
28. Bozin B, Mimica-Dukic, Samojlik I, Jovin E. Antimicrobial and Antioxidant properties of Rosemary and Sage (Rosmarinus officinalis L. and Salvia officinalis L., Lamiaceae) Essential Oils. J.Agric. Food Chem. 2007; 55(19):7879-7885.
29. Hubbert M, Sievers H, Lehnfeld R, Kehrl W: Efficacy and tolerability of a spray with Salvia officinalis in the treatment of acute pharyngitis - a randomised, double-blind, placebo-controlled study with adaptive design and interim analysis. Eur J Med Res; 2006 Jan 31;11(1):20-6. PMID 16504965
30. Schapowal A, Berger D, Klein P, et al. Echinacea/sage or chlorhexidine/lidocaine for treating acute sore throats: a randomized double-blind trial. Eur J Med Res. 2009 Sep; 14(9):406-12. PMID: 19748859
31. Saller R, Büechi S, Meyrat R, Schmidhauser C. Combined herbal preparation for topical treatment of Herpes labialis .Forsch Komplementarmed Klass Naturheilkd. 2001 Dec;8(6):373-82. PMID 11799306
32. Büechi S. Salbeiblätter und Rhabarberwurzel vs. Aciclovir bei Herpes labialis. Zeitschrift für Phytotherapie (2005) 26(6):275-277.
33. Millet Y., Jouglard J, Steinmetz MD, Tognetti P, et al. Toxicity of some essential plant oils. Clinical and experimental study. Clin Toxicol 1981;18(12):1485-1498.
34. Saville DJ, Ho PC, Wanwimolruk S. Inhibition of human CYP3A4 activity by grapefruit flavonoids, furanocoumarines and related compounds. J Pharmaceut Sci. 2001;4(3):217-277.
35. Burkhard PR, Burkhardt K, Haenggeli CA, Landis T. Plant-induced seizures: reappearance of an old
problem. J Neurol. 1999;246(8):667-670.
Bron Natura Foundation