Wat is nu een goede vachtverzorging van onze huisdieren? Moet je een vacht überhaupt verzorgen? Bij wilde dieren wordt dat toch ook niet gedaan? Krijgen die dan problemen door een onverzorgde vacht? En kan je ook teveel kammen, borstelen en wassen? En maakt het uit welk reinigingsmiddel je gebruikt? NML health vroeg dierenprofessionals Dietske Dijkman van veterinaire natuurgeneeskundige praktijk Dierenwerkplaats en Paula de Kort van Trimsalon Gooiland naar hun mening en ervaring. Over één ding zijn ze het in ieder geval eens: kijk naar het dier. En scheer niet alle dieren over één kam!
De spiegel van het lichaam
Een vacht is het meest in het oog springende deel van een dier. Een gezonde vacht glanst je tegemoet. Is lekker vol, niet vet en niet continu aan het verharen. De vacht is de spiegel van de conditie van het dier. Een goede bloedvoorziening en de juiste voedingsstoffen zorgen voor een beschermlaagje op de huid en een gezonde haargroei. Een onrustige vacht geeft aan dat er in het lichaam wat aan de hand kan zijn. Van binnenuit zijn voeding, darmweerstand en immuunsysteem van grote invloed. Van buitenaf kunnen insecten, maar ook te veel of te weinig borstelen, wassen met (agressieve of verkeerde) reinigende middelen de vacht en dus ook de huid belagen. Ook temperatuur en hygiëne van de omgeving zijn van invloed.
In dit artikel zetten we de schijnwerper op onderhoud en verzorging van een gezonde vacht.
Verzorgen of liefdevol verwaarlozen?
Kan een dier niet zelf zijn vacht verzorgen? Natuurlijk wel, en dat doen ze ook. Paarden en honden rollen regelmatig door het zand of gras. Om zich droog te maken als ze nat zijn, om losse haren kwijt te raken of om zich met een laagje zand te beschermen tegen insecten. Paarden houden de vacht van hun weidemaatje lekker luchtig door groomen. Dat is ook een sociale bezigheid. Katten zijn meesters om hun eigen vacht te onderhouden met een dagelijkse likbeurt. Uren kunnen ze daarmee bezig zijn. Een precies werkje. Als een dier ouder wordt neemt het zelfmanagement voor een gezonde vacht af. Soms ontbreekt de lenigheid om nog te kunnen rollen of om elk plekje op de vacht te bereiken met de tong.
Dietske Dijkman: “Het is altijd zoeken naar een juiste balans. Borstelen of kammen zorgt ervoor dat de beschermende talg van de huid zich over de vacht verspreid. Als je echter te veel verzorgt loop je het risico het natuurlijke reinigingsmechanisme van de vacht te verstoren. Maar als een dier het zelf niet meer kan of een vacht vraagt vanwege structuur en eigenschappen om extra onderhoud, dan zul je dat als eigenaar moeten bieden. Verwaarlozing kan leiden tot huidproblemen. En dat wil je voorkomen.” Volgens de natuurgeneeskundige werkt het ook andersom: Een kat die zich niet meer wast – door ouderdom of ziekte – zal zich hierdoor ook mentaal slechter voelen. Voor een kat is wassen een therapie-momentje, daar voelt het dier zich goed bij. Een kat wil schoon zijn. Dus help je hem als hij het zelf niet meer kan. Dat geldt ook voor zijn mandje en kattenbak. Een kat wordt echt ongelukkig van viezigheid.”
Natuurlijk zijn niet alle vachten hetzelfde. Een paard heeft een andere vacht dan een hond of een kat, maar de eigenschappen van een gezonde vacht gelden voor elk dier. En zo ook waar je bij de verzorging op moet letten. Al vraagt een kortharige, ruwharige of langharige vacht wel elk een eigen benadering. Paula de Kort van Hondentrimsalon Gooiland: “Laat je altijd adviseren door de fokker of een hondentrimmer over het onderhoud van een vacht. En laat een pup al vroeg in zijn leven wennen aan de behandeling. Met een goed advies kun je zelf aan de slag. Lang niet alle hondenvachten vragen om trimmen en intensief onderhoud. Bij sommige honden groeien de haren door, bij anderen weer niet. Veel honden hebben een ondervacht en groeit het haar laagje op laagje. Als je hier niet op ingrijpt loop je het risico op verstikking van de huid met de daarbij behorende klachten. Door de vacht te plukken of te borstelen zorg je dat er voldoende ventilatie bij de huid blijft.” Dit advies geldt ook voor katten. Zeker bij langharige en halflangharige rassen en bij de oudere kortharige kat die minder goed zijn eigen vacht kan schoonlikken, is het goed om advies te vragen.
Natuurlijk wassen?
Ok, als baas hebben we dus de taak om de vacht schoon te houden. Wassen dus maar? Ja, zeggen Dijkman en De Kort. “Bij een gezond dier dat zichzelf schoonhoudt is twee keer per jaar een shampoobeurt voldoende. Met veelvuldig wassen loop je het risico de natuurlijke huidbalans te verstoren. Maar te weinig is ook niet goed. Besef dat een vacht een verzamelplaats is van bacteriën, gisten en parasieten. Bacteriën zijn een bron van ziekte die zich in een vieze vacht heerlijk vermenigvuldigen. En heeft je dier wormen gehad, vergeet dan – naast de omgeving – ook niet de vacht te reinigen en te behandelen. Anders houdt het dier door likken, de besmetting in stand.” Hoe vaak je een dier wast en dan hebben we het nu vooral even over honden, hangt ook af van de leefstijl van jou en je dier. Een hond die graag in vieze slootjes springt, zal al snel enorm stinken. En wie kent niet de vieze lucht na een heerlijke rolbeurt door dooie vissen of poep? Of de rook van een rokende baas?
Beide dierenprofessionals pleiten voor natuurlijke shampoo. Shampoos bedoeld voor mensen zijn absoluut geen optie: ze sluiten niet aan op de zuurgraad (pH) van de huid van het dier, kunnen zout bevatten waardoor de huid uitdroogt en schilferig wordt en kunnen de natuurlijke bescherm(vet)laag aantasten. Een babyshampoo is niet effectief genoeg. Maar waarom dan kiezen voor shampoos op natuurlijke basis? De Kort: “Allereerst moet je weten dat je met een natuurlijke shampoo van hoge kwaliteit te maken hebt. Er is veel rotzooi op de markt. De toegevoegde kruiden en vitaminen in een natuurlijke shampoo kun je gericht inzetten. Zo zorgt vitamine D in de shampoo en conditioner ervoor dat de haren gemakkelijker loslaten en reguleert het het ruiproces. Ideaal voor honden die doorlopend verharen.” Dijkman vult het rijtje aan: “Aloë vera is helend en verzachtend voor de huid, net als Lavendel en Kamille. Tea tree – pas op met katten, ze kunnen er sterk op reageren - doet het goed als er schimmels, bacteriën en gisten zijn. Pepermunt werkt verkoelend op warme dagen. Honing en geranium helend bij een beschadigde huid.“
Een paardenvacht heeft een natuurlijke waterafstotende werking. Een reguliere shampoo zal snel door deze waterafstotende barrière doordringen. Bij shampoos op fytotherapeutische basis heb je dit niet en houd je de goede eigenschappen van een vacht in stand.
Dijkman: “Vooral bij een beschadigde huid moet je zorgen voor een schone wondomgeving en dus voor een schone vacht. Kies dan voor een shampoo die het herstel van de huid ondersteunt en die niet agressief is voor de wond. Shampoos met honing of met Aloë vera en vitaminen A en D zijn een goede keus om de huid te ondersteunen.
Scheer niet alle dieren over één kam
Hoe goed bedoelt ook, maar zelfs met een ogenschijnlijk eenvoudige borstelbeurt kun je soms meer kwaad dan goed doen. Dat is de ervaring van De Kort. Zo vindt zij dat je kortharige honden niet hoeft te kammen, omdat dat juist het verharen stimuleert. Het dier verliest vanzelf zijn haren tijdens de seizoensverharing. Voor langharige honden is het wel van belang dat je hem kamt om klitten te voorkomen. Als frequentie houdt zij eenmaal per week aan. “Maar dan is het wel belangrijk dat je dat laagje voor laagje doet. Veel mensen kammen over de klitten heen.”
De Kort waarschuwt bij langharige en kroeshonden voor de vachtwissel van een pup naar een volwassen hond. Dus als ze een jaar zijn. “In die periode zie je de klitten erin vliegen en dan is het zaak om dat proces te begeleiden door vaker maar mild te borstelen. Pas op met het gebruik van een furminator, want die kan het haar afbreken. Bij antiklitborstels is dat ook het geval en moet je erg oppassen dat je de huid niet kapotmaakt.”
Een apart verhaal zijn de ruwharige honden met een plukvacht. Zij hebben op de huid een zachte wollen laag, die elke drie maanden een laag opschuift. Het is zaak die laag er voorzichtig uit te plukken om te voorkomen dat de huid eronder verstikt. Dat gaat niet vanzelf. Dit zijn de honden die je twee keer per jaar bij de trimsalon ziet en eenmaal in de drie maanden als de eigenaar ervoor kiest om twee lagen te laten staan. De Kort: “ Sommigen honden moet je trimmen, anderen hebben een natuurlijke haarlengte. Als je shows met je hond loopt, dan is de frequentie natuurlijke een ander verhaal. Het belangrijkste is dat je klitten wilt voorkomen. Een klit is heel vervelend voor een hond, omdat het aan de huid trekt. Daarbij is een klit een plek waar viezigheid zich ophoopt.”
Ook paarden en katten kunnen tijdens de ruiperiode een helpende hand gebruiken. Bij de kat speelt mee dat het dier anders teveel haren binnenkrijgt. Langharige katten lopen net als honden het risico op klitten. Bij paarden wil het nog wel eens voorkomen dat vuil zich heeft opgehoopt op de rug, waar ze zelf niet bij kunnen. Dan kan een rustige poetsbeurt prettig zijn om te voorkomen dat er huidirritaties ontstaan door een verstikte en broeierige huid. Maar ook bij paarden, poets heel rustig en waak ervoor de beschermende vetlaag te beschadigen.
Continu verharen, wat doe je eraan?
In de regel is een dier tweemaal per jaar in de rui. In het voor- en najaar wordt er gewisseld van vacht. Dit noem je de seizoensverharing. Komt een dier hier lastig doorheen, dan kun je het proces ondersteunen met een omega-3 olie. En met een extra poets of borstelbeurt.
Iets anders is het als een dier het hele jaar doorgaat met verharen. Het zijn vaak honden met een dikke ondervacht die hier last van hebben. Vaak komt dit door een te agressieve behandeling van de vacht. “Een hondeneigenaar gaat dan vaak goedbedoeld te vaak borstelen en kammen. Maar daarmee bereiken ze juist een tegengesteld effect: je stimuleert het verharingsproces doordat je de huid activeert. Beter is het om de huid met rust te laten. Niet kammen dus en als je het toch doet, zorg dan dat je de huid niet activeert. Zelf gebruik ik bij deze honden een speciale shampoo en conditioner met zachte ingrediënten en vitamine D die het loslaten van de haren stimuleert. De conditioner laat ik 20 minuten intrekken om het dan vervolgens heel goed uit te spoelen. Met een water föhn blaas ik vervolgens de losse haren eruit. Daarna kun je de hond eenmaal per week voorzichtig blijven borstelen tot de volgende ruiperiode.
Dijkman wijst erop dat bij een verstoord verharingsproces er vaak wat meer aan de hand kan zijn met de hond. “Het kan een hormonale disbalans zijn die het verharen veroorzaakt. Maar vergeet ook de invloed van pijn, stress en mentale onrust niet. Dat kan ertoe lijden dat de vacht chronisch loslaat. Bij een hond die continu verhaard ga ik altijd op zoek naar een eventueel onderliggende oorzaak.”
Ruiken naar viooltjes?
Aan veel shampoos zijn essentiële oliën toegevoegd om het middel extra lekker te laten ruiken. Ook colognes en sprays willen de oorspronkelijke lucht van een dier verdoezelen. Is het een goed idee om deze middelen te gebruiken?
Laten we eerst stellen dat een gezond dier niet stinkt. Dijkman: “Als het wel stinkt dan is er vaak iets met de poten, ontlasting oren of bek. Een viezige vette huid komt vaak door verkeerde voeding of een ander probleem, waardoor het lichaam afvalstoffen naar buiten dringt door de huid. Dat ruik je ook. Dus je zult eerst naar de oorzaak moeten zoeken voordat je met een cologne de geur wil verdoezelen. Dat is niet de oplossing. Tenzij het dier in een sloot of viezigheid heeft liggen rollen. Dan kun je aan de schoonmaak.”
De Kort is ook wat terughoudend in het aanbrengen van een lekker geurtje voor haar honden. “Honden houden natuurlijk het meest van hun eigen lucht, maar wees eerlijk: echt fris ruiken is anders. Meestal is het wassen met een frisruikende shampoo voldoende om te zorgen dat de eigen lucht niet overheerst. Sommige eigenaren kiezen bewust voor een cologne. Als de hond het niet vervelend vindt, is dat prima. Alles met mate en gedoseerd. Zo kijk ik er tegenaan. Kwaad kan het niet.”
Katten zijn in de regel helemaal niet dol op luchtjes. En de meesten zullen een wasbeurt willen vermijden. Dan is het goed om te weten dat er ook droogshampoos zijn als een wasbeurt onvermijdelijk is. Want een vieze en onverzorgde stinkende vacht vinden ze echt nog erger!
Wie is wie?
Dietske Dijkman biedt met haar Dierenwerkplaats, praktijk voor veterinaire natuurgeneeskunde, complementaire diergeneeskunde aan huisdieren, paarden en boerderijdieren. Methodes waar zij gebruik van maakt zijn: homeopathie, bachbloesemtherapie, aromatherapie, fytotherapie, celzouten, voedingsadviezen, massage en TTouch/TTeam. Zij werkt samen met reguliere dierenartsen. Voor NML health heeft Dietske een adviserende rol.
Paula de Kort startte in 2008 met Trimsalon Gooiland in Weesp. Zij is gediplomeerd paraveterinair en hondentrimster. Daarnaast is zij als examinator betrokken bij de opleiding Dierverzorging van de Aeres MBO Barneveld. Met haar grote poedels Storm en Donder doet zij graag mee aan trimwedstrijden, workshops en shows.