Op donderdag 21-11 zijn wij tot 12:00 bereikbaar. Vanaf vrijdagochtend 22-11 8:30 kunt u ons weer bereiken via telefoon en mail

 

Hoefbevangenheid, wat is wijsheid?

De diagnose hoefbevangenheid maakt bij paardenbezitters veel los. Het is een beruchte aandoening waar helaas nog steeds veel paarden en pony’s aan bezwijken. De meningen over de juiste aanpak zijn verdeeld, maar over één ding zijn behandelaars het eens: pak in ieder geval de onderliggende oorzaak aan. Maar hoe ga je met de bevangen hoef zelf om? NML health vroeg hoefverzorger Remco Sikkel, hoefsmid Hans van Maurik en dierenarts grote huisdieren Marieke Volkering naar hun beleid. Jill Smit van Paard & Voeding deelt haar ervaring met supplementen.

Hoe herken je hoefbevangenheid?

Zeker in het voorjaar moeten alle alarmbellen aanstaan als het gaat om hoefbevangenheid. Het voorjaarsgras staat bol van fructaan door de koude nachten. Een belangrijke trigger voor het laten ontstaan van hoefbevangenheid.

Zodra je tekenen van hoefbevangenheid bij een paard signaleert, ben je in feite al te laat. De klinische verschijnselen dienen zich pas aan als de ziekte al onderweg is. Het komt het meeste voor aan de voorbenen.

Hoefverzorger Remco Sikkel: “Je moet je altijd bewust zijn dat elke verandering in de omstandigheden van een paard een risico kan zijn voor hoefbevangenheid. Verandering van voeding, een andere omgeving, stress, het kan ervoor zorgen dat een paard in zijn basisbehoeften tekort wordt gedaan. De veranderingen zijn niet meteen zichtbaar. Dus wees alert en blijf kijken naar je paard en grijp op tijd in.”

De rode vlaggen voor hoefbevangenheid zijn zeer pijnlijke en warme hoeven waardoor het paard niet of nauwelijks kan lopen. Je ziet ook dat het paard afwijkend gaat staan om de druk op zijn hoeven te ontlasten. De pols op de achterkant van de kogel voel je extra goed. Van Maurik: “De krachtige pols en warme hoef is er al eerder dan de pijn. Dus bij dieren bij verhoogde kans op hoefbevangenheid – na koliek of na bevalling, waarbij de nageboorte blijft staan – zijn dat signalen om preventief medicijnen te geven en al in een vroeg stadium te starten met koelen van de hoef. Dan kun je hoefbevangenheid voor zijn.” 

Basisbehoeften paard en hoefbevangenheid

Willen we goed voor onze paarden zorgen dan is het belangrijk dat we de natuurlijke leefomstandigheden van het wilde paard zoveel mogelijk nabootsen. De basisbehoeften van een paard zijn dan ook: passende huisvesting, gezonde voeding, voldoende beweging en een goede hoefverzorging.

 “Hoefbevangenheid is een welvaartsziekte”, vindt Sikkel. “Het gevolg van het domesticeren, waarbij we drastisch hebben ingegrepen op de natuurlijke behoeften van het wilde paard. Met de beste bedoelingen confronteren we onze paarden met overdaad en luxe. We overvoeren ze letterlijk en hun huisvesting ziet er comfortabel uit, maar respecteert op geen enkele manier dat wat ze nodig hebben. In de natuur komt hoefbevangenheid niet voor.” Van Maurik is het met deze laatste opmerkingen niet eens. Volgens hem beweren recente onderzoeken het tegendeel.

Dierenarts Marieke Volkering stelt dat het een misverstand is dat er altijd insulineresistentie of PPID aan hoefbevangenheid ten grondslag ligt. “Het is heel vaak een voedingskwestie. Een paard kan na het eten van een flinke hoeveelheid suiker – bijvoorbeeld als hij een pak bix te pakken heeft gekregen of is ontsnapt naar een suikerrijke weide – acuut hoefbevangen raken.” Ook een verstoorde darmflora – dysbacteriose, bijvoorbeeld na een koliek – waarbij er veel toxines vrijkomen, kan leiden tot hoefbevangenheid. In die gevallen kiest deze dierenarts voor een ondersteuning met probiotica.

Snel handelen bij de eerste signalen

Zowel Sikkel als Van Maurik benadrukken het belang van snel handelen bij de eerste tekenen van bevangenheid:

  1. Kom achter de oorzaak en neem deze zo snel mogelijk weg.
    a. Is er sprake van insulineresistentie pak dan het voedingsmanagement aan: afvallen en bewegen.
    b. Als er door bloedonderzoek PPID is vastgesteld, pas dan ook het voedingsmanagement aan en start in overleg met dierenarts met medicijnen.
    c. Verlaag cortisol, dit kan komen door kou, medicijnen of stress
  2. Keer terug naar de optimale leefomstandigheden: huisvesting, voeding, beweging (moet wel verdraagbaar zijn met de bevangen hoef)
  3. Pak de hoeven aan.  

Volkering onderschrijft deze benadering ook, maar benadrukt dat de allereerste stap bij hoefbevangenheid is het aanpakken van de pijn. “Uit het oogpunt van dierwelzijn moet je dat doen. Een hoefbevangen paard heeft echt vreselijk veel pijn.” Om die reden start zij bij de eerste signalen direct met pijnstillers in combinatie met ontstekingsremmers. Vaak ook nog bloedverdunners zoals Ascal en Heparine om de stolsels in de ontstoken haarvaten in de voet los te laten komen en de doorbloeding in de voet te vergroten. Soms kiest ze ook voor het geven van vaatverwijders, zodat de druk in de voet afneemt en daarmee ook de pijn. Volkering: “Deze korte termijn benadering is noodzakelijk om de hoef snel rustig te krijgen, de ontstekingsreactie te tackelen en te voorkomen dat het hoefbeen gaat kantelen. Snel handelen is echt ontzettend belangrijk!”

Bewegen heel belangrijk, maar het moet wel kunnen

Bewegen is een belangrijke factor in het herstelproces. Maar wel op het goede tijdstip en het lopen moet te verdragen zijn voor de patiënt.

Sikkel: “Door beweging wil je de doorbloeding in de hoef optimaliseren, een voorwaarde voor herstel. Als dat te pijnlijk is dan neem je maatregelen, zodat het dier wel kan lopen.”

Hoefsmid Hans van Maurik maakt onderscheid tussen acute en chronische hoefbevangenheid, waarbij hij van chronisch spreekt als door de bevangenheid het hoefbeen al gekanteld is, los is van de hoornschoen en pijnlijk blijft. Bij acute hoefbevangenheid is het hoefbeen nog niet gekanteld. “In de acute fase is het beter om een paard niet te laten lopen. De diepe buigpees trekt bij lopen aan het hoefbeen waardoor het sneller losgetrokken wordt van de hoornwand. Dat wil je voorkomen. Als in de chronische fase het hoefbeen al gekanteld is en de lamellen los zijn gekomen, dan kan bewegen goed zijn. Dat geldt in de gevallen dat EMS de oorzaak is van de bevangenheid. Door het bewegen neemt de doorbloeding in de hoef toe en worden afvalstoffen afgevoerd. Is PPID de oorzaak, dan is rust beter. Totdat de medicijnen tegen PPID zijn aangeslagen.”

Bekappen en hoefbeslag? Ja, maar hoe?

Bij hoefbevangenheid is bescherming van de hoef en een aanpassing van de stand noodzakelijk. Je wilt voorkomen dat het hoefbeen gaat kantelen. Van Maurik: “In de acute fase wil je met bekappen bereiken dat het paard iets steiler op zijn hoef komt te staan en er minder trekkracht op de diepe buigpees is. Met behulp van een zachte substantie probeer ik tegendruk aan de zool te realiseren. Hierdoor verlicht je de pijn en probeer je kanteling van het hoefbeen tegen te gaan.” In de chronische fase probeert de hoefsmid met bekappen de natuurlijke situatie zo dicht mogelijk te benaderen. “Een röntgenfoto is dan de leidraad om dit resultaat te bereiken. Vervolgens plak ik het liefst een plastic beslag onder de hoef. Maar als dit te kostbaar is voor de eigenaar, dan kan het plakken of schroeven van een hoefijzer ook comfortabel zijn voor een paard.” 

Sikkel ziet een hoefijzer niet zitten. Een absolute ‘no go’. “IJzer in een paardenvoet slaan, hoe verzin je het! Het idee dat een hoefbeen kantelt en met speciaal beslag tegengehouden moet worden, klopt niet. Het is vooral de hoefwand die ‘wegdraait’ van het hoefbeen bij hoefbevangenheid, niet andersom.” Hoefbescherming met bijvoorbeeld een hoefschoen of zolen vindt de hoefverzorger wel een prima maatregel om het lopen mogelijk te kunnen maken. 

Als hoefverzorger spreekt hij over anatomisch correct bekappen. Dat is een benadering van de hoef waarbij goed gekeken wordt naar de positie van de botten van het onderbeen en de biomechanica van de voet. “Door doelmatig te bekappen en de anatomische structuren van de hoef en het onderbeen te respecteren, krijg je een betere krachtverdeling in de hoef en zorg je voor een optimale afwikkeling van de voet. Op deze manier beperk je de kracht op de kapotte verbindingen (lamellen) in de hoeven. Hierdoor zal een paard eerder geneigd om te lopen, krijgt de voet een betere doorbloeding en zal het sneller herstellen.”

“Doe je deze aanpassingen niet en je laat een paard lopen met behulp van pijnstillers, dan loop je het risico dat het paard over zijn grenzen gaat en dat er nog meer kapot gaat in de hoef.”

Pijnstilling?

Volkering: “Absoluut! Van mij mag een paard pas weer lopen als de pijn door pijnmedicatie volledig weg is. Aangepast hoefbeslag is goed, maar dat kun je pas aanbrengen als het dier op drie benen kan staan. Ook dat is dus een reden om met pijnstillers te werken, naast het omkeren van het ontstekingsproces. Met de eigenaar houd ik de eerste dagen veelvuldig contact om er zeker van te zijn dat de medicijnen aanslaan. Zo niet, dan gaan we opzoek welke ondersteuning er verder nog nodig is. In veel gevallen is dat een hoefsmid.”

Sikkel ziet het omgaan met pijnstilling anders. “Pijn heeft een belangrijke functie en zorgt ervoor dat het paard de zere plek ontziet. Pijnstillende medicijnen maskeren de ontstekingspijn en maken daarmee dat een paard meer of anders beweegt dan goed voor hem is. Aan de andere kant heeft het paard de beweging nodig voor het herstel. Voorzichtige beweging, op correct bekapte hoeven met hoefschoenen, stimuleert de doorbloeding. Verstandig toegepaste pijnstilling kan helpen om de scherpe randjes van de pijn te halen, waardoor het paard het aandurft om te gaan bewegen. Dat is een goede reden om toch voor pijnstilling te kiezen.”

Van Maurik zegt ook ja tegen pijnstilling. Daarin volgt hij de visie van Marieke Volkering. Maar tot hoever ga je? “Mijn ervaring is dat 30-40% van de dieren goed reageert op de behandeling. Een groot deel van de patiënten blijft gevoelig in de hoeven, maar kan op zachte bodem en met goede ondersteuning goed functioneren. Een klein deel blijft echter heel gevoelig en ontwikkelt neuropathische pijn. Dat zijn de gevallen die wij als specialist vaak onder ogen krijgen. Tot hoever ga je dan met behandelen? Dat blijft een dilemma. Opgeven is moeilijk. Voor de eigenaar, maar ook voor mij als behandelaar. Een frisse blik door een second opinion door een andere dierenarts of hoefsmid kan dan helpen om tot de juiste beslissing te komen.”

Volkering is optimistischer over hoefbevangenheid: “Als je er snel bij bent lukt het in de meeste gevallen om complicaties voor te zijn. Mijn ervaring is dat bij snel ingrijpen met de juiste maatregelen en het aanpakken van de oorzaak een paard goed kan herstellen van hoefbevangenheid.

Voeding en supplementen

Sobere voeding! Dus hooi met een lage voedingswaarde en geen krachtvoer meer. De behandelaars kunnen het niet vaak genoeg zeggen. Bevrijd je paard van de overdaad aan suikers en koolhydraten. Jill Smit heeft zich voor haar winkel Paard & Voeding enorm verdiept in het onderwerp. “Dierenartsen geven bij hoefbevangenheid dit advies. Heel goed om de suikers te verlagen, maar met het geven van alleen oud hooi zie je het snel mis gaan met een dier. Er ontstaat met deze eenzijdige voeding al snel een tekort aan vitaminen en mineralen. Gelukkig zie je dat hier in de paardenvoeding steeds meer oog voor komt en zijn er tegenwoordig ook vitaminen- en mineralenbrokken met verlaagde suikers en zetmeel op de markt. Zelf adviseer ik bij hoefbevangen paarden om de aangepaste voeding te combineren met een luzerne die laag is in suikers en geen melasse bevat. Zo blijft het dier wel kauwen en speeksel aanmaken, wat belangrijk is voor een goede spijsvertering.”

Smit adviseert haar klanten om bij hoefbevangenheid hun paard extra te ondersteunen. Zo zijn er supplementen die de glucosebalans in het lichaam normaliseren en daarmee het risico op hoefbevangenheid verlagen. Is deze er al dan bevordert dit supplement het herstel, omdat het de oorzaak aanpakt.

Druppels met Arnica montana (Valkruid), Ginkgo biloba (Japanse notenboom), Ledum palustre (Moerasrozemarijn) ondersteunen de doorbloeding in de hoef en de afvoer van vocht. Hierdoor kan de druk in de hoef afnemen. 

Smit: “Bij hoefbevangen paarden zie je ook vaak een verkramping van de spieren ontstaan. Om die reden adviseer ik eigenaren dan ook altijd Magnesium te geven aan hun paard. Vanuit de TCM is het goed om de lever te ondersteunen in zijn ontgiftende werking. Bij hoefbevangenheid zie je vaak dat de leverwaarden zijn verhoogd. Tweemaal per jaar een detox heeft een preventieve werking op het ontstaan van hoefbevangenheid.”

De rol van de eigenaar

Behandelaars spelen een grote rol bij de aanpak van hoefbevangenheid. Zij steken in op een bepaalde behandeling, maar de eigenaar is degene die uiteindelijk beslist. De grens en de (financiële) mogelijkheden liggen voor een ieder anders. Wat kun je en wat wil je voor je paard?

Zo kan bij hoefbevangenheid het voor een paard prettig zijn om zijn hoeven te koelen. Bijvoorbeeld met koude lappen, maar misschien nog beter met het staan in een natte box met nat zaagsel en modder. De nattigheid zorgt ook voor verweking van de hoef, waardoor vaten kunnen uitzetten en de druk in de hoef minder wordt en de pijn afneemt. Maar lukt het een eigenaar om die omstandigheden te realiseren?

In de keuze voor hoefbeslag kan ook de portemonnee bepalend zijn. Een op maat gemaakte ondersteuning kan kostbaar zijn. Ook het steeds opnieuw bekappen kan in de papieren lopen, waardoor een paard misschien niet de behandeling krijgt die het eigenlijk zou moeten hebben. Daarbij vraagt een hoefbevangen paard veel aandacht en ondersteuning. Een eigenaar is er heel druk mee, de behandelaars ondersteunen waar ze kunnen.

Cruciaal in dit verhaal is het voorkomen van (een recidief) van hoefbevangenheid. Dat lukt alleen als je bereid bent om naar het hele plaatje van de verzorging van een paard te kijken. Zoals Sikkel het verwoordt: “Het is goed te zien dat dit besef steeds verder doordringt in de paardenwereld. Behandelaars en eigenaren krijgen steeds meer oog voor de oorspronkelijke behoeften en de leefwereld van het paard. Supplementen kunnen een aanvulling zijn, maar dan wel in deze volgorde: voldoe aan de vier basisbehoeften van het paard, zorg voor juiste bekapping en bescherming van de hoef en dan eventueel ondersteuning met supplementen.”

Meer lezen?

Lees meer over hoefbevangenheid, Insulineresistentie en PPID in onze kennisbank.

Wie is wie?